De binnenruimte speelt een belangrijke rol als verbindend element tussen verschillende sferen van de woning. Het gaat om de ruimte tussen kamers, die zowel als circulatiepad fungeert als een subtiele scheiding tussen de levendige dagzone en de rustige nachtruimte.

In deze tussenruimte wordt de beweging door de woning richting een ordepunt georganiseerd, waardoor de bestaande chaos wordt teruggedrongen. De ruimte fungeert als een soort buffer: enerzijds biedt ze vrije doorgang en overzicht, anderzijds markeert ze de overgang van licht naar donker en van activiteit naar rust.

Door dit dubbel gebruik ontstaat een vloeiende, maar duidelijke scheiding tussen de dynamiek van de dag en de ingetogen sfeer van de nacht. Het resultaat is een interieur dat zowel functioneel als prettig is, waar circulatie niet louter een praktische oplossing biedt, maar bijdraagt aan de algehele beleving en orde.